Van begin tot het einde van een wedstrijd zijn er voortdurend wijzigingen. In de stand, in hoe je de wedstrijd ervaart, het momentum wijzigt etc etc.
Wanneer de eerste punten gespeeld worden ben je nog fris, net als je tegenstander. Hoopvol waarschijnlijk. Jullie hebben er beide zin in, en produceren mooie forehands en durven ook naar het net te komen. Maar elk punt dat volgt zal een invloed hebben op je gesteldheid. Misschien kom je met 2-0 voor en ziet het er goed uit en denk je al een mogelijke winstpartij of gewoon setwinst.
Je slaat twee dubbele fouten en je tegenstander breakt terug en houdt daarna zijn servicegame: 2-2.
De vreugde was van korte duur en een nieuwe realiteit is er in de plaats gekomen van je positieve gesteldheid van enkele minuten terug. Terug bij af en ineens voel je de warmte van de zon. Het is toch zwaar.
We gaan door. Het is 4-4 en de eerste set komt in de beslissende fase. Je tegenstander en jij geven elkaar weinig toe. Je tegenstander maakt zomaar enkele fouten en jij pakt de game en mag serveren voor de set. Je voelt je een stuk beter dan bij 4-4. Bij je tegenstander is er ook iets veranderd. Hij staat nu met de rug tegen de muur en kan zich niet nog eens een paar fouten veroorloven. En dat doet hij ook niet. In plaats van de agressieve slagen van de eerste games brengt hij ze nu eenvoudig terug.
Dit ben jij niet gewend en kan er ook niet van profiteren. Er wordt geschaakt.
Uiteindelijk zal de beste schaker de set gaan pakken.
Hierboven een voorbeeld hoe sets (wedstrijden) op amateurnivo vaak gespeeld worden. Het is opvallend te zien hoe er verschillende fases in een wedstrijd zitten. Wees overigens nooit geirriteerd wanneer er een bepaalde fase in een wedstrijd is die je niet zint. Je kan er weinig tegen doen, of je moet de keuze hebben gemaakt door altijd agressief en aanvallend te blijven spelen.
Ik denk dat dit nooit een goede keuze is. In bepaalde situaties moet je voor zeker en behoudend gaan.
Ik heb eens meegemaakt in een dubbelwedstrijd dat we in 10 minuten tijd met 0-4 achter stonden. Het was een veegpartij, een demonstratie van onze tegenstanders. De set verloren we met 2-6 en in de tweede set stond het 2-2. Het publiek was nog steeds in de veronderstelling dat we weggespeeld werden, maar de laatste 8 games werden gelijkelijk verdeeld onder de beide partijen; 4 voor ons en 4 voor de tegenstander. Het tij was al lang gekeerd. Van een demonstratiepartij waarin wij het lijdend voorwerp waren, was de partij ineens helemaal in evenwicht, en daarmee de tegenstander uit het evenwicht. Er was iets veranderd, hun kruit was verschoten. Wij hadden zelf niets speciaals gedaan, maar ik denk dat de 2-2 in de tweede set bij hun een gevoel gaf het verschil niet meer te kunnen maken. Hiermee wil ik zeggen dat de stand een grote impact kan hebben op het spel.
Denk bijvoorbeeld dat je een kans laat liggen op 1-4 en waardoor het 2-3 wordt. Een wereld van verschil lijkt het. Nu kun je bij 2-3 nog gewoon winnen en bij 1-4 gewoon de set nog verliezen, omdat deze standen ook weer iets doen bij een speler. Gemakzucht ligt op de loer bij 1-4. Bij 2-3 heb je een lesje geleerd om kansen af te maken.
Wat ik mee wil geven is dit. Hou er rekening mee dat in de loop van een wedstrijd je tussen heel veel emoties heen en weer geslingerd kan worden en dat dit niet per se aan jezelf hoeft te liggen. Waar je wel wat aan kan doen is hoe je er mee omgaat. Dus blijf rustig ondanks dat het even tegenzit, en blijf rustig op moment dat het momentum aan jouw kant komt, maar profiteer er wel van!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten